Dan kom je aan in Brussel Noord en sleur je daar, bij gebrek aan een roltrap of een lift, je koffers van de trap.


Dan breek je bijna je nek en sleep je je koffers weer een andere trap op, naar het perron waar de Airport Express stopt. Alleen de naam van dit voertuig is snel.


Dan blijkt dat je door de vertraging de aansluiting met deze Express hebt gemist. Expresstreinen wachten expres niet.


Dan ren je met je koffers eerst die trappen weer af, en vervolgens andere trappen weer op.


Dan rijdt daar eindelijk de Expresstrein naar BXL National Airport het station binnen.


Hij is overbevolkt. En het platform aan de treindeur wordt door talrijke koffers gebarricadeerd.


Dan denk je: zou het niet logischer zijn als een trein die van en naar de luchthaven pendelt, zich aan de noden van zijn doelgroep plaats voor bagage aanpast?


Dan trekt iemand jou nog net op tijd naar binnen. Breek je voor de zoveelste keer bijna je benen.


Dan sta je daar. Sardien.


Dan denk je: als ik het vliegtuig maar haal, en verdomme, had ik maar de auto of de taxi genomen.


Dan probeer je te ademen zonder te ruiken.


Dan komt daar, horden lopend over koffers en zich tussen de passagiers wringend, de conducteur aan.


Dan eist die 2,5 euro diabolotaks van jou en alle anderen en legt hij uit dat elke treinreiziger die naar de luchthaven reist, deze toeslag aan de staat is verschuldigd.


Het geld wordt aan de verbetering van de spoorweginfrastructuur rond het noorden van de luchthaven besteed, zegt hij.


De pot op, denk jij.