De prostituees zitten op krukken of liggen uitgestrekt op hun sofa.
Hun ramen worden omringd door etalages vol zwepen en dildo’s, vol
handboeien en vagina’s die vervaardigd zijn uit een soort gel dat aan
een kwal doet denken. Wie gebrek aan verbeelding heeft, moet niet
wanhopen. Of juist wel.
In een van de ramen zit een oudere vrouw op een keukenstoel. Ze zal
een jaar of zestig zijn. Ze is onopvallend gekleed en heeft de
gelaatsuitdrukking die kenmerkend is voor die vrouwen die in de loop
van hun leven met alle hoekjes en kantjes van de mens hebben
kennisgemaakt, en daardoor alleen maar milder zijn geworden. Ze straalt
een kalme waardigheid uit.
Vlak achter haar staat een prachtige vrouw op naaldhakken. De kans
is reëel dat deze vrouw ooit een man was; dat heb je vaker met
exemplaren die te mooi zijn om helemaal waar te zijn.
De vrouw met de naaldhakken zit geprangd in een geel bikinietje dat
schitterend afsteekt tegen haar donker getinte huid. Om haar nek
slingert een donzige, pikzwarte boa. Haar ellenlange benen lijken pas
bij het hoofd van de oudere vrouw te stoppen.
In het raam kamt de perfecte verschijning de haren van de oude
vrouw. Ze wikkelt de metaalgrijze lokken behendig rond tientallen
krulspelden die ze met een naald vastpint.
Het is een combinatie die zelfs op de Wallen verbazing en
bewondering wekt: die van de antieke krulspelden in de behendige handen
van dat bikinietje.