Wie en wat gooit u nu meteen overboord? Wat en wie houdt u tegen uw hart geklampt?
Welke activiteiten houdt u, koste wat het koste, tot het allerlaatste moment vol? En welke onbenullige beslommeringen laat u stante pede links liggen?
Aan welke valse gevoelens besteedt u geen seconde tijd meer, en hoeveel ware gevoelens uit u daarvoor in de plaats?
Wat vangt u met al uw spijt aan? Doet u die ene reis dan toch?
Leven is elke dag opnieuw verstoppertje spelen met de dood.
En elke dag die we leven, komen we een stapje dichter bij dat onvermijdelijke moment waarop Pietje onze schouder aantikt: een, twee, drie, gezien!
Dat weten we allemaal.
En toch is het heel moeilijk om de dood serieus te nemen als je hem niet vlakbij ruikt of voelt.
Marie Rose Morel staat voor jong, sterk en sterfelijk tegelijk.
De confrontatie met dat knappe en levenslustige lichaam waarin de ziekte en de dood rondwaren, zorgt bij de buitenwereld voor mededogen.
En voor groot ongemak.
Door naar Marie-Rose Morel te kijken, dringt immers ook onze eigen kwetsbaarheid tot ons door.
Als zij die mooi, slim, aantrekkelijk en succesvol is, niet kan ontsnappen aan een veel te vroeg einde, dan lopen wij zeker datzelfde gevaar.
Als haar kleine kinderen het binnenkort misschien zonder moeder zullen moeten stellen, dan kan dat ons en onze kinderen evengoed overkomen.
Het is te hopen dat het leven overwint.
Maar toch: wat zouden u en ik doen?
En waarom doen we het nu al niet?