Misschien dat er tijdens het overleg hier en daar een postkoloniaal
wanklankje valt, maar dat is niet erg, dat hoort onherroepelijk bij de
geschiedenis van onze taal. Het gaat erom dat dit festijn van mensen met
een andere cultuur maar met dezelfde taal, de wederzijdse
nieuwsgierigheid prikkelt. En de kennis en samenwerking vergroot.
Gelukkig bestaat het feest van de Taalunie niet uitsluitend uit dit
topberaad. De toekomst van een taal wordt natuurlijk vooral door de
jeugd bepaald en gedragen. Daarom wordt de Brugse binnenstad op
zaterdagnamiddag volledig in beslag genomen door jongeren. Die zullen
zeker niet alleen sms’en en chatten. En ze zullen zich ook niet de hele
namiddag laten opslorpen door de gloednieuwe, interactieve website met
de onmogelijke naam DWVDNT – De Wereld Van De Nederlandse Taal, een puik
initiatief van de Taalunie. Aangemoedigd door een aantal bekende
woordkunstenaars zullen de jongeren vooral proberen om hun gedachten en
gevoelens op creatieve wijze in taal te formuleren.
Onder meer op dat vlak raakte de eergisteren uitgezonden documentaire
over Tanja Nijmeijer me diep. Nijmeijer is de jonge Nederlandse vrouw
die zich bijna tien jaar geleden aansloot bij de Colombiaanse
guerrillabeweging FARC. Haar leven in het verzet is volledig in het
Spaans. Maar als ze zich over haar dagboek buigt, wil er alleen maar
Nederlands vloeien. Als bijdrage aan de strijd ‘Nederlands, wereldtaal’
kan dat vast tellen.